Gedaan met laden. U bevindt zich op: Deel V. De top- en middenkaderfuncties Deel V. De top- en middenkaderfuncties

Deel V. De top- en middenkaderfuncties

TITEL 2. Statuut van hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad

Titel 2 bevat Art. V 18 tot en met Art. V 32

Hoofdstuk 1. Algemene bepaling

Hoofdstuk 1. omvat Art. V 18

Art. V 18

Deze titel regelt de procedure van vacature-invulling en de arbeidsvoorwaarden voor het hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad, die een functie is van N-niveau en, na externe aanwerving, ingenomen wordt door ambtenaren.

Hoofdstuk 2. De selectie

Hoofdstuk 2 bevat Art. V 19 tot en met Art. V 22

Afdeling 1. In aanmerking komende kandidaten

(Art. V 19 en Art. V 20)

Art. V 19

De functie van hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad wordt vacant verklaard via een open procedure, waarbij terzelfdertijd interne en externe kandidaten meedingen.

De oproep wordt tenminste op de website van de VDAB[32] of op de website Werken voor Vlaanderen[49] gepubliceerd. Hij regelt de wijze van kandidaatstelling en bevat een beknopte weergave van de functiebeschrijving en het competentieprofiel, evenals de salarisschaal, zoals bepaald in artikel V 29.

Art. V 20

§ 1. Om in aanmerking te komen, moeten de kandidaten:

voldoen aan de algemene toelatingsvoorwaarden voor een betrekking in de publieke sector.
ten minste in het bezit zijn van een diploma dat toegang verleent tot niveau A, zoals bepaald in Vlaamse overheidsdienst, met uitzondering van de interne kandidaten die al tot niveau A of een gelijkgesteld niveau behoren;
beschikken over een leidinggevende ervaring van minstens vijf jaar, die verworven werd in de laatste tin jaar, of over tien jaar relevante beroepservaring.[32]

Onder leidinggevende ervaring wordt in het eerste lid, 3°, ervaring verstaan inzake beheer in een overheidsdienst of in een organisatie uit de private sector.
Voor de berekening van de relevante beroepservaring, vermeld in het eerste lid, 3°, worden deeltijdse prestaties als voltijds beschouwd.[32]

§2. De selector stelt, in overleg met de strategische adviesraad, per selectie een selectiereglement vast.[32]

Het selectiereglement regelt minstens welke diploma’s, studiegetuigschriften, ervaringsbewijzen of toegangsbewijzen toegang geven tot de selectieprocedure, de datum waarop aan de voorwaarden moet voldaan zijn, het aantal en de aard van de testen, en de criteria op basis waarvan de geschiktheid of het geslaagd zijn beoordeeld worden.[32]

Het selectiereglement regelt in voorkomend geval ook:

een mogelijke voorselectie, naargelang het aantal kandidaten;
een mogelijke beperkte procedure;
de samenstelling van de jury;
de regels voor de rangschikking;
de geldigheidsduur van de reserve;
het verlies en behoud van een plaats in de reserve;
de mogelijkheid om een bijkomende test te organiseren voor de vervulling van een bijkomende vacature voor dezelfde of een vergelijkbare functie.[32]

§ 3. De indienstnemende overheid kan, voorafgaand aan de selectie, door toepassing van artikel III 3, §2, en III 9, opnemen in de oproep voor kandidaten, vermeld in artikel V 19, dat kandidaten die niet beschikken over de in het selectiereglement vermelde diploma’s, studiegetuigschriften, ervaringsbewijzen of toegangsbewijzen kunnen worden toegelaten tot de selectieprocedure, en desgevallend, welk ander bewijsstuk de kandidaat moet afleveren om toegang te krijgen tot de selectieprocedure.[32]

De in dienst nemende overheid kan na overleg met de selector, in overeenstemming met de functiebeschrijving en het competentieprofiel, bijzondere aanwervingsvoorwaarden vaststellen.[32]

Afdeling 2. Selectiecriteria en -procedure

(Art. V 21 en Art. V 22)

Art. V 21

De selector organiseert de selectie voor een functie in overleg met de indienstnemende overheid.[32]

De Vlaamse Regering bepaalt, op voorstel van de Vlaamse minister, bevoegd voor de bestuurszaken, een algemeen profiel voor de functie van hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad. De indienstnemende overheid kan dat profiel voor de specifieke vacature aanvullen met bijkomende competenties en/of andere vereisten.[32]

De selector sluit, in overleg met de strategische adviesraad, de kandidaten die niet voldoen aan de statutaire voorwaarden of de voorwaarden van het selectiereglement uit van deelname aan de selectie.[32]

De selector beoordeelt de competenties en andere vereisten die overeenkomstig de functiebeschrijving nodig zijn voor de functie, rekening houdend met de specifieke behoeftes van de (sub)entiteit. Bij de beoordeling van de competenties wordt rekening gehouden met een externe potentieelinschatting.[32]

Elke selectie kan uit verschillende testen bestaan. De kandidaten worden op de hoogte gebracht van de motivering van een eventuele uitsluiting op basis van een test of selectie.[32]

Art. V 22

§ 1. De kandidaten worden geselecteerd op basis van de criteria vermeld in artikel V 20 en V 21 door of met bemiddeling van het Agentschap Overheidspersoneel[29]

2e, 3e en 4e lid opgeheven[32]

§ 2. Indien voor de toepassing van § 1 beroep gedaan wordt op een selectiebureau legt de Vlaamse minister bevoegd voor de bestuurszaken het selectiebureau dat voorgedragen wordt door het Agentschap Overheidspersoneel[29] ter bekrachtiging voor aan de Vlaamse Regering.[2]

§ 3. Het Agentschap Overheidspersoneel[29] stelt aan de strategische adviesraad een lijst met geschikte kandidaten voor.[2]

Hoofdstuk 3. De aanwijzing en arbeidsvoorwaarden

Hoofdstuk 3 bevat Art. V 23 tot en met Art. V 29.

Art. V 23

§ 1. De strategische adviesraad houdt een interview met de geschikte kandidaten om na te gaan welke kandidaat het best voldoet aan het competentieprofiel voor de functie.[32]

§ 2.De strategische adviesraad kiest uit de lijst met geschikte kandidaten de kandidaat die volgens hem het meest geschikt is voor de functie, of hij kiest uitzonderlijk niet, als hij meent dat geen van de geschikte kandidaten voldoet aan de profielvereisten. De gemotiveerde selectiebeslissing houdt rekening met:

de kandidaatstelling;
de functiebeschrijving van de vacature en het gewenste profiel;
de beoordeling van de eventuele selectietest(en);
het interview.[32]

Als de strategische adviesraad geen kandidaat uit de lijst kiest, wordt de procedure opnieuw opgestart.[32]

§ 3. De strategische adviesraad doet via de functionele minister een voorstel aan de Vlaamse Regering die, onverminderd afwijkende decretale bepalingen, de geselecteerde kandidaat toelaat tot de proeftijd in de graad van hoofd secretariaatspersoneel strategische adviesraad[12].[2]

De ambtenaar legt de eed af in handen van de voorzitter van de strategische adviesraad als hij tot de proeftijd toegelaten wordt.[12]

§ 4. De strategische adviesraad bepaalt de nadere regels en evalueert de proeftijd.[12]

Met behoud van de toepassing van het eerste lid, zijn artikel III 12, §2, artikel III 14, III 15, III 17, III 18, III 19 en III 20 van toepassing, op voorwaarde dat de volgende aanpassingen doorgevoerd worden:

in artikel III 15, §1, wordt het woord “lijnmanager” gelezen als “de strategische adviesraad”;
in artikel III 18 en III 20, §2, worden de woorden “de benoemende overheid” gelezen als “de indienstnemende overheid”;
in artikel III 19 wordt de eerste zin gelezen als volgt:
“Het ontslag van de ambtenaar op proef gaat in op de eerste werkdag die volgt op de beslissing tot ontslag.”;
in artikel III 20, §3, worden de woorden “de benoemende overheid” gelezen als “de indienstnemende overheid” en worden de woorden “de functionele chef “ gelezen als “de voorzitter van de strategische adviesraad”.[12]

Bij een negatieve eindevaluatie van de proeftijd heeft de ambtenaar op proef het recht om te worden gehoord door de functioneel bevoegde minister en kan hij zich laten bijstaan door een persoon van zijn keuze. De functioneel bevoegde minister stelt een verslag op voor de Vlaamse Regering.[12]

In afwijking van het derde lid heeft de ambtenaar op proef bij de Vlaamse Onderwijsraad het recht om te worden gehoord door de algemene raad.[12]

Als de Vlaamse Regering op basis van het verslag van de functioneel bevoegde minister of de algemene raad van de Vlaamse Onderwijsraad de negatieve eindevaluatie van de proeftijd bekrachtigt, wordt de ambtenaar op proef ontslagen.[12]

Art. V 24

Met behoud van de toepassing van afwijkende decretale bepalingen benoemt de Vlaamse Regering het hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad bij de diensten van de Vlaamse overheid nadat hij met goed gevolg de proeftijd heeft doorlopen.[12]

Art. V 25

De administratieve en geldelijke arbeidsvoorwaarden zijn gelijk aan deze van de ambtenaar van de diensten van de Vlaamse overheid zoals bepaald in dit besluit.[2]

Art. V 26

Het hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad oefent zijn taak uit volgens een arbeidsregime vastgesteld in overeenstemming met de strategische adviesraad.

Art. V 27

De hoofden van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad kunnen alleen de volgende langdurige verloven opnemen:

moederschaprust en opvangverlof;
loopbaanonderbreking voor palliatieve zorgen, bijstand aan of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid of ouderschapsverlof;
verlof wegens ziekte, arbeidsongeval of beroepsziekte;
verlof om een ambt uit te oefenen bij een kabinet, na goedkeuring door de Vlaamse Regering.[9]

Art. V 28

De titularis van de functie of, ingeval van overmacht, de benoemende overheid, duidt bij afwezigheid van de titularis een vervanger aan.

Wanneer een vervanger moet worden aangeduid, beslist de benoemende overheid, in functie van de duur van de afwezigheid, over de toepassing van de selectieprocedure volgens de bepalingen van dit besluit.

De indienstneming van deze plaatsvervanger aangewezen volgens de in het vorige lid vermelde procedure gebeurt hetzij bij contract, hetzij door aanstelling in een hoger ambt.

Art. V 29

§ 1. De Vlaamse Regering bepaalt bij vacantverklaring van de functie op voorstel van de functionele minister de salarisschaal hetzij A285 en na 6 jaar schaalanciënniteit A286, hetzij A286, hetzij A311.[2]

De toelagen, vergoedingen en sociale voordelen zijn deze die gelden volgens de bepalingen van dit statuut, voorzover de voorwaarden van toekenning blijven bestaan, met uitzondering van de toelage voor een tijdelijke functieverzwaring, vermeld in artikel VII 44bis[23].

§ 2. - opgeheven[32]

§ 3. De functionele minister beslist over het persoonlijke gebruik van een dienstwagen in binnen- en buitenland.[9]

Hoofdstuk 3bis. Horizontale mobiliteit

Hoofdstuk 3bis bevat Art. V 29bis

Art. V 29bis

In afwijking van hoofdstuk 1 en 2 en van artikel V 23 en V 24, kan de indienstnemende overheid een vacante functie van hoofd van het het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad invullen door mobiliteit. De indienstnemende overheid bepaalt voor de specifieke vacature bijkomende competenties en/of andere vereisten.[32]

Een vacante functie van hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad wordt bekend gemaakt.[32]

De titularissen van een functie van hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad, die beschikken over een evaluatie, die niet met onvoldoende werd besloten, kunnen zich kandidaat stellen naar aanleiding van de bekendmaking van een vacature.[32]

De opdrachtgever organiseert de selectie.[32]

De opdrachtgever beoordeelt de competenties en andere vereisten die overeenkomstig de functiebeschrijving nodig zijn voor de functie, rekening houdend met de specifieke behoeftes van de entiteit.[32]

De opdrachtgever heeft een interview met de kandidaten over de beleidsvisie ten aanzien van de vacante functie, om na te gaan welke kandidaat het best voldoet aan het competentieprofiel voor de functie.[32]

De opdrachtgever kiest de voor hem meest geschikte kandidaat voor de functie of kiest uitzonderlijk niet, wanneer hij meent dat geen van de geschikte kandidaten voldoet aan de profielvereisten. De gemotiveerde selectiebeslissing houdt rekening met:

de kandidaatstelling;
de functiebeschrijving van de vacature en het gewenste profiel;
de beoordeling van het interview.[32]

Hoofdstuk 4. De evaluatie

Hoofstuk 4 bevat Art. V 30 en Art. V 31.

Art. V 30

Het hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad wordt jaarlijks geëvalueerd over de prestaties en de wijze van functie-uitoefening door de strategische adviesraad, hierin bijgestaan door het Agentschap Overheidspersoneel[29]. Het Agentschap Overheidspersoneel[29] laat zich bijstaan door een externe instantie. De Vlaamse minister bevoegd voor de bestuurszaken legt de aanstelling van de externe instantie ter bekrachtiging voor aan de Vlaamse Regering.
Ook het hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad die in de loop van het evaluatiejaar of tijdens de evaluatieperiode die volgt op het evaluatiejaar, vrijwillig uit dienst treedt of op rust gesteld wordt, wordt met zijn akkoord nog geëvalueerd over de prestaties en de wijze waarop hij zijn functie heeft uitgeoefend zowel van het afgelopen evaluatiejaar als, in voorkomend geval, van het lopende evaluatiejaar, overeenkomstig de bepalingen van het eerste lid.[9]

De evaluatie heeft betrekking op één kalenderjaar. De titularis, vermeld in het eerste en het tweede lid, wordt geëvalueerd op voorwaarde dat hij in de loop van het kalenderjaar ten minste drie maanden prestaties heeft geleverd.[27]

De jaarlijkse evaluatie gebeurt na een gesprek tussen de geëvalueerde en de strategische adviesraad. Voor de evaluatie kan rekening worden gehouden met de informatie van personeelsleden die onder het gezag van de geëvalueerde staan.[27]

De evaluatie wordt vastgelegd in een evaluatieverslag, dat wordt bezorgd aan de geëvalueerde binnen drie maanden na het verstrijken van de evaluatieperiode. De geëvalueerde kan opmerkingen toevoegen aan het evaluatieverslag. De geëvalueerde bezorgt het evaluatieverslag met zijn eventuele opmerkingen terug binnen vijftien kalenderdagen na ontvangst van het evaluatieverslag.[27]

Art. V 31

Wanneer de jaarlijkse evaluatie door de strategische adviesraad is geëindigd in een uitspraak[9] “onvoldoende” dient deze bekrachtigd te worden door de Vlaamse Regering. De titularis heeft het recht om te worden gehoord door de Vlaamse Regering en hij kan zich laten bijstaan door een persoon van zijn keuze.

In afwijking van het eerste lid wordt de jaarlijkse evaluatie die eindigt met de uitspraak “onvoldoende” voor de algemeen secretaris van de Vlaamse Onderwijsraad bekrachtigd door de Algemene Raad van de Vlaamse Onderwijsraad en heeft de titularis het recht om gehoord te worden door de Algemene Raad van de Vlaamse Onderwijsraad.[15]

Hoofdstuk 5. Einde van de functie

Hoofdstuk 5 bevat Art. V 32

Art. V 32

Er wordt een einde gemaakt aan de aanstelling van het hoofd van het secretariaatspersoneel van de strategische adviesraad in toepassing van de procedure inzake definitieve beroepsongeschiktheid zoals bepaald in artikel XI 8.