Gedaan met laden. U bevindt zich op: Deel V. De top- en middenkaderfuncties Deel V. De top- en middenkaderfuncties

Deel V. De top- en middenkaderfuncties

Titel 3. De rechtspositie voor het middenkader

Titel 3 bevat Art. V 33 tot en met Art. V 46

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Hoofdstuk 1 bevat Art. V 33. tot en met Art. V 35.

Art. V 33

Deze titel regelt de procedure van vacature-invulling en de arbeidsvoorwaarden voor het middenkader zijnde:

de managementfuncties van N-1 niveau
projectleiderfuncties van N-1 niveau

Art. V 34

De management- en projectleiderfuncties van N-1 niveau worden, ook desgevallend na externe aanwerving, ingenomen door ambtenaren, die benoemd zijn in het middenkader in de graad van hoofdadviseur met de rang A2M.

Art. V 35

§1. Overeenkomstig artikel I 4, § 2 - 2° is een tijdelijke dienstaanwijzing inherent aan deze functies.

§2. De rotatie wordt gerealiseerd via de horizontale mobiliteit van de interne arbeidsmarkt.[2]

§3. In afwijking van § 2 kan op voorstel van de lijnmanager van het Agentschap Overheidspersoneel[28] een N-1 titularis worden toegewezen aan een andere geschikte vacante N-1 functie, los van de procedure van vacantverklaring en mits akkoord van de N-1 en de betrokken N-functies.[2]

§4. In afwijking van paragraaf 2, is artikel I 5, § 5, van toepassing op de N-1 functies.[9]

Hoofdstuk 2. De selectie

Hoofdstuk 2 bevat Art. V 36 tot en met Art. V 39

Afdeling 1. In aanmerking komende kandidaten

(Art. V 36)

Art. V 36

§1. De N-1 functie wordt door het hoofd van de entiteit, raad of instelling vacant verklaard via een open procedure, waarbij terzelfdertijd interne en externe kandidaten meedingen.[38]

De oproep voor externe kandidaten wordt ten minste op de website van de VDAB of op de website Werken voor Vlaanderen[49] gepubliceerd.[32]

De oproep regelt de wijze van kandidaatstelling en bevat een beknopte weergave van de functiebeschrijving en het competentieprofiel, alsook de salarisschaal, vermeld in artikel V 43.[2]

§2. De kandidaten die in aanmerking komen, moeten aan de volgende voorwaarden voldoen:

de algemene toelatingsvoorwaarden voor een betrekking in de publieke sector;
ten minste in het bezit zijn van een diploma dat toegang verleent tot niveau A, zoals bepaald in Vlaamse overheidsdienst, met uitzondering van de interne kandidaten die al tot niveau A of een gelijkgesteld niveau behoren;
beschikken over 6 jaar relevante beroepservaring[6] [23].

De benoemende overheid kan bijzondere aanwervingsvoorwaarden in overeenstemming met de functiebeschrijving en het competentieprofiel, en na overleg met de selector, vaststellen.

§3. Het Agentschap Overheidspersoneel treedt op als selector.[32]

§4. De selector stelt, in overleg met het hoofd van de entiteit, raad of instelling, per selectie een selectiereglement vast.
Het selectiereglement regelt minstens welke diploma’s, studiegetuigschriften, ervaringsbewijzen of toegangsbewijzen toegang geven tot de selectieprocedure, de datum waarop aan de voorwaarden voldaan moeten zijn, het aantal en de aard van de testen, en de criteria op basis waarvan de geschiktheid of het geslaagd zijn beoordeeld worden.[32]

Het selectiereglement regelt in voorkomend geval ook:

een mogelijke voorselectie, naargelang het aantal kandidaten;
een mogelijke beperkte procedure;
de samenstelling van de jury;
de regels voor de rangschikking;
de geldigheidsduur van de reserve;
het verlies en behoud van een plaats in de reserve;
de mogelijkheid om een bijkomende test te organiseren voor de vervulling van een bijkomende vacature voor dezelfde of een vergelijkbare functie.[32]

§5. Het hoofd van de entiteit, raad of instelling kan, voorafgaand aan de selectie, met toepassing van artikel III 3, §2, en III 9, opnemen in de oproep tot kandidaten, vermeld in paragraaf 1, dat kandidaten die niet beschikken over de in het selectiereglement vermelde diploma’s, studiegetuigschriften, ervaringsbewijzen of toegangsbewijzen kunnen worden toegelaten tot de selectieprocedure, en desgevallend, welk ander bewijsstuk de kandidaat moet afleveren om toegang te krijgen tot de selectieprocedure.[32]

Het hoofd van de entiteit, raad of instelling kan bijzondere aanwervingsvoorwaarden in overeenstemming met de functiebeschrijving en het competentieprofiel, en na overleg met de selector, vaststellen.[32]

Afdeling 2. Selectiecriteria en -procedure

(Art. V 37 - Art. V 39)

Art. V 37

De selector organiseert de selectie voor een functie in overleg met het hoofd van de entiteit, raad of instelling.[32]

De Vlaamse minister, bevoegd voor de bestuurszaken, bepaalt een algemeen profiel voor de management- en projectleiderfuncties van N-1 niveau. De lijnmanager kan dat profiel voor de specifieke vacature aanvullen met bijkomende competenties of andere vereisten.[32]

De selector sluit, in overleg met het hoofd van de entiteit, raad of instelling, de kandidaten die niet voldoen aan de statutaire voorwaarden of de voorwaarden van het selectiereglement uit van deelname aan de selectie.[32]

Art. V 38

Het managementorgaan van het beleidsdomein waar er een vacature is, beoordeelt, in overleg met de selector, de competenties en andere vereisten die overeenkomstig de functiebeschrijving nodig zijn voor de functie, rekening houdend met de specifieke behoeftes van de (sub)entiteit. Bij de beoordeling van de competenties wordt rekening gehouden met een externe potentieelinschatting die georganiseerd wordt door het Agentschap Overheidspersoneel.[32]

Voor de beoordeling van de competenties en andere vereisten worden het Gemeenschapsonderwijs en de Vlaamse Onderwijsraad geacht deel uit te maken van het beleidsdomein Onderwijs en Vorming en worden de Strategische Adviesraad Ruimtelijke Ordening - Onroerend Erfgoed en de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen geacht deel uit te maken van het beleidsdomein Omgeving.[41]

In afwijking van het eerste lid kan het managementorgaan van het beleidsdomein die bevoegdheid toewijzen aan het managementorgaan van de entiteit, de raad of de instelling waar de vacature zich bevindt of aan een beleidsdomeinoverschrijdend managementorgaan.[32]

Elke selectie kan uit verschillende testen bestaan. De kandidaten worden op de hoogte gebracht van de motivering van een eventuele uitsluiting op basis van een test of selectie.[32]

Art. V 39

§1. Het hoofd van de entiteit, raad of instelling kiest de kandidaat die volgens hem het meest geschikt is voor de functie, of hij kiest uitzonderlijk niet, als hij meent dat geen van de geschikte kandidaten voldoet aan de profielvereisten. De gemotiveerde selectiebeslissing houdt rekening met:

de kandidaatstelling;
de functiebeschrijving van de vacature en het gewenste profiel;
de beoordeling van de eventuele selectietest(en).[32]

Het hoofd van de entiteit, raad of instelling laat de meest geschikte kandidaat toe tot een proeftijd in de graad van hoofdadviseur en wijst hem aan in de vacantverklaarde managementfunctie van N-1 niveau met als graad afdelingshoofd of projectleider N-1 en als rang A2A.[32]

Inzake de proeftijd zijn artikel III 12, III 14 en III 15 van overeenkomstige toepassing.[23]

§2. Het hoofd van de entiteit, raad of instelling bepaalt bij de aanvang van de proeftijd de nadere regelen van de proeftijd en evalueert de proeftijd.[23]

Artikel III 16, §2 en §3 zijn van overeenkomstige toepassing.[23]

Nadat de titularis, vermeld in paragraaf 1, met goed gevolg de proeftijd doorlopen heeft, wordt hij vastbenoemd in de graad van hoofdadviseur , zoals bepaald in artikel V 34 van dit besluit.[23]

Onder voorbehoud van het negende lid heeft een negatieve eindevaluatie van de proefperiode hetzij het ontslag van de ambtenaar op proef, die extern geworven is hetzij de terugplaatsing in de vorige graad van de ambtenaar op proef, die al ambtenaar was bij de diensten van de Vlaamse overheid, tot gevolg.[23]

Het eindevaluatieverslag wordt betekend aan de ambtenaar op proef binnen 30 kalenderdagen na het evaluatiegesprek.[23]

Indien het eindevaluatieverslag niet binnen 30 kalenderdagen wordt betekend aan de ambtenaar op proef, wordt de proeftijd geacht gunstig te zijn voor de ambtenaar op proef.[23]

7e lid - opgeheven[44]

8e lid - opgeheven[44]

9e lid - opgeheven[44]

§3. Tot de dag waarop hij teruggeplaatst wordt in zijn vorige graad of waarop het ontslag ingaat, behoudt de ambtenaar op proef zijn hoedanigheid.[23]

§4. Het hoofd van de entiteit, raad of instelling betekent de beslissing tot vaste benoeming of tot ontslag of tot terugplaatsing in de vorige graad aan de ambtenaar op proef.[23]

§5. Artikel III 19 en III 20 zijn van overeenkomstige toepassing.[23]

Hoofdstuk 2bis. Horizontale mobiliteit

Hoofdstuk 2bis bevat Art. V 39bis en 39ter

Art. V 39bis

Bij invulling van een N-1 functie via de horizontale mobiliteit zijn artikel V 37 en V 38 niet van toepassing. Het hoofd van de entiteit, raad of instelling organiseert de selectie en bepaalt voor de specifieke vacature bijkomende competenties en/of andere vereisten. In afwijking van artikel V 36, § 4, stelt het hoofd van de entiteit, raad of instelling een selectiereglement vast.[32]

De titularissen van een N-1 functie en de titularissen van de functie van hoofd van het secretariaatspersoneel van een strategische adviesraad, die beschikken over een evaluatie die niet met onvoldoende is besloten, kunnen zich kandidaat stellen naar aanleiding van de bekendmaking van een vacature.[32]

Het hoofd van de entiteit, raad of instelling sluit de kandidaten die niet voldoen aan de statutaire voorwaarden of de voorwaarden van het selectiereglement, uit van deelname aan de selectie.[32]

Het hoofd van de entiteit, raad of instelling houdt een interview met de kandidaten om na te gaan welke kandidaat het best voldoet aan het competentieprofiel voor de functie.[32]

De ambtenaar wordt overgeplaatst naar de entiteit, raad of instelling van de vacature en behoudt ook de graad waarin hij vastbenoemd is. Het overplaatsingsbesluit vermeldt de termijn waarbinnen het afdelingshoofd of de projectleider N-1 zijn nieuwe functie opneemt.[32]

In afwijking van het vijfde lid , wordt de titularis van de graad van hoofd secretariaatspersoneel strategische adviesraad, vastbenoemd in de graad van hoofdadviseur en aangesteld als afdelingshoofd of projectleider N-1.[32]

Bij overgang van de graad van hoofd secretariaatspersoneel strategische adviesraad naar de mandaatgraad van afdelingshoofd of projectleider N-1, wordt de schaalanciënniteit of de periode verworven in de graad van hoofd secretariaatspersoneel strategische adviesraad, aangerekend op de schaalanciënniteit in de mandaatgraad van afdelingshoofd of projectleider N-1 en in de graad van hoofdadviseur.[32]

Art. V 39ter

De regeling van de horizontale mobiliteit vermeld in artikel V 39bis, is van overeenkomstige toepassing op de titularis van de terugvalgraad van hoofdadviseur.[32]

Artikel VI 18, VI 25, VI 26 en VI 27, eerste lid, zijn van overeenkomstige toepassing.[32]

Hoofdstuk 3. De arbeidsvoorwaarden

Hoofdstuk 3 bevat Art. V 40 tot en met Art. V 43.

Art. V 40

- Opgeheven[23]

Art. V 41

De administratieve en geldelijke arbeidsvoorwaarden zijn gelijk aan deze van de ambtenaar van de diensten van de Vlaamse overheid zoals bepaald in dit besluit.[2]

Art. V 42

§1. De houder van een management- of projectleiderfunctie van N-1 niveau oefent zijn taak uit volgens een arbeidsregime vastgesteld in overeenstemming met de lijnmanager, die aan het hoofd staat van de entiteit, raad of instelling.

2e lid opgeheven[32]

§2. De titularis van een management- of projectleiderfunctie van N-1 niveau kan alleen de volgende langdurige verloven opnemen:

moederschaprust en opvangverlof;
loopbaanonderbreking voor palliatieve zorgen, bijstand aan of verzorging van een zwaar ziek gezins- of familielid of ouderschapsverlof;
verlof wegens ziekte of arbeidsongeval of beroepsziekte;
verlof om een ambt uit te oefenen bij een kabinet;
verlof voor een project, dat de Vlaamse Regering heeft goedgekeurd.[9]

§3. De titularis van de functie of ingeval van overmacht, de lijnmanager van N-niveau, duidt bij afwezigheid een plaatsvervanger aan.

Wanneer een vervanger moet worden aangeduid beslist de lijnmanager van N-niveau, in functie van de duur van de afwezigheid, over de toepassing van de selectieprocedure volgens de bepalingen van dit besluit.
De plaatsvervanger, die al ambtenaar is bij de diensten van de Vlaamse overheid,[12] krijgt een tijdelijke dienstaanwijzing voor de duur van de afwezigheid hetzij in toepassing van artikel V 35, § 3, hetzij na vacantverklaring.

De indienstneming van de plaatsvervanger, aangewezen na vacantverklaring op de externe arbeidsmarkt, gebeurt bij vervangingsovereenkomst.[12]

De plaatsvervanger kan als effectieve titularis van de management- of projectleiderfunctie van N-1 niveau aangewezen worden als die functie definitief vacant wordt.[2]

§4. In geval van afwezigheid van de titularis van een functie van N-1 niveau, waarvan de duur meer dan drie maanden en minder dan een jaar bedraagt, kan de lijnmanager een waarnemende titularis aanwijzen onder de ambtenaren die met toepassing van artikel V 53 over een vrijstelling beschikken voor de externe potentieelinschatting of de eindbeoordeling van de generieke competenties voor een N-1 functie, of die minder dan zeven jaar geleden geslaagd zijn voor de externe potentieelinschatting voor een N-1 functie[34]. Deze aanwijzing kan éénmaal worden verlengd voor een duur van maximaal één jaar.

De waarnemende titularis beschikt over alle prerogatieven die verbonden zijn aan de functie van N-1 niveau.

De regeling betreffende de toelage voor tijdelijke functieverzwaring, vermeld in artikel VII 44bis en artikel VII 170, is van toepassing op de waarnemende titularis.[27]

Art. V 43

§1. Aan de graad van hoofdadviseur met rang A2M wordt volgende functionele loopbaan verbonden:

- hoofdadviseurA212
- hoofdadviseur met 10 jaar schaalanciënniteitA213

§2. Aan de mandaatgraad van afdelingshoofd met rang A2A wordt volgende functionele loopbaan verbonden:

- afdelingshoofdA285
- afdelingshoofd met 6 jaar schaalanciënniteitA286

§3. Aan de mandaatgraad van projectleider met rang A2A wordt de volgende functionele loopbaan verbonden:

- projectleider N-1 [18]A285
- projectleider N-1 [18] met 6 jaar schaalanciënniteitA286[2]

§4. Bij overgang van de mandaatgraad van afdelingshoofd of projectleider naar de graad van hoofdadviseur wordt de schaalanciënniteit, verworven in het mandaat van afdelingshoofd of projectleider, aangerekend op de schaalanciënniteit in de graad van hoofdadviseur.[2]

Hoofdstuk 4. Evaluatie

Hoofdstuk 4 bevat Art. V 44 en Art. V 45

Art. V 44

De functiehouder wordt jaarlijks geëvalueerd over de prestaties en de wijze van functie-uitoefening, door zijn lijnmanager en na 6 jaar over een mandaatsperiode.

Inzake de evaluatie zijn de artikelen IV 1, IV 2, IV 3, 2de lid, IV 4, IV 5 § 1 en § 3 en IV 6[39] van toepassing.

Art. V 45

§1. Bij een uitspraak “onvoldoende” kan de functiehouder beroep instellen bij de raad van beroep binnen de 15 kalenderdagen na het bezorgen van het evaluatieverslag. Het beroep is opschortend.

§2. De raad van beroep brengt een gemotiveerd advies uit binnen 30 kalenderdagen na ontvangst van het beroepschrift.

§3. Onverminderd artikel I 9, § 1, tweede lid wordt het dossier vervolgens binnen de 15 kalenderdagen voorgelegd aan de functionele minister die binnen de 15 kalenderdagen na ontvangst van het advies van de raad van beroep beslist of de uitspraak gehandhaafd wordt.

Hoofdstuk 5. Einde van de dienstaanwijzing in een middenkaderfunctie

Hoofdstuk 5 bevat Art. V 46

Art. V 46

§1. Onverminderd de definitief vastgestelde beroepsongeschiktheid, vermeld in artikel XI 8, § 1, wordt de dienstaanwijzing in een mandaatgraad van afdelingshoofd en projectleider beëindigd:

bij een onvoldoende;
op verzoek van de betrokkene zelf;
om organisatorische redenen bij afschaffing van de betrekking

De dienstaanwijzing in een mandaatgraad van afdelingshoofd en projectleider kan beëindigd worden na telkens 6 jaar.[2]

§1bis - opgeheven[20]

§2. De dienstaanwijzing in een mandaatgraad van projectleider kan, onverminderd §1, eveneens beëindigd worden in onderling overleg met de opdrachtgever en na de duurtijd van het project als dat korter is dan 6 jaar.[2]

§3. In de overgangsperiode tot een nieuwe passende aanstelling behoudt de titularis in de gevallen van §1, 3°, en van §1, tweede lid, gedurende maximaal 12 maanden zijn salaris van de mandaatgraad, ten laste van de entiteit van herkomst.

In de gevallen vermeld in §1, 1° en 2° [20] en § 2 en in de gevallen vermeld in §1, 3°, en §1, tweede lid vanaf de 13de maand, indien binnen de 12 maanden geen andere mandaatfunctie gevonden wordt, wordt de titularis bezoldigd binnen het middenkader in de graad van hoofdadviseur overeenkomstig artikel V 43, §1.[2]

§4. Op verzoek van de betrokkene zelf kan een einde gesteld worden aan het behoren tot het middenkader via een herplaatsing in een passende functie binnen de diensten van de Vlaamse overheid.[2]

Op zijn verzoek kan de titularis van de graad van hoofdadviseur worden herplaatst in een betrekking van dezelfde graad binnen de diensten van de Vlaamse overheid.[32]