chat-altchatcrossloginquestion-circlesearchsmileystarthumbup-downwarning
Vlaanderen
Contacteer ons
    Terug naar overzicht Stuur een e-mail

    Stuur een e-mail naar 1700, de informatiedienst voor al uw vragen aan de overheid.
    U ontvangt een kopie van uw bericht.

    Terug naar overzicht Chat met ons
    Uw chatgesprek wordt automatisch gestart zodra er een medewerker beschikbaar is.
    Even geduld, uw positie in de wachtrij wordt bepaald.

    Programmadecreet van 22 december 2000 (begrotingsopmaak 2001)

    • Toepassingsgebied:
    • Uitwerking: 1 januari 2001
    • Inhoud:

    "Artikel x: Met ingang van 1 januari 2001 worden de artikelen 10 en 11 van het KB nr. 56 van 16 juli 1982 betreffende de werving in sommige overheidsdiensten opgeheven."

    1. Op verzoek van de Inspectie van Financiën werd in de technische bilaterale akkoord gegaan om in het kader van deregulering art. 10 van het KB nr. 56 op te heffen. De opname in het programmadecreet is mogelijk aangezien er een rechtstreeks verband is met de opvolging van de begroting.
    2. Momenteel gebeurt de controle nopens de aanwerving in 3 stappen:
      • de personeelsdienst legt een vraag tot aanwerving ter visering voor aan de Inspectie van Financiën (al dan niet globaal, vb. middels een aanwervingsplan, PiP/PeP, BIP, enz.)
      • op basis van het door de IF geviseerde dossier verleent de minister van ambtenarenzaken machtiging tot aanwerving
      • samen met de opdracht tot eerste betaling legt de personeelsdienst aan de betalingsinstelling een door de IF geviseerd exemplaar van het individuele benoemingsbesluit of contract voor
    3. Deze regeling impliceert dat de personeelsdiensten elk individueel benoemingsbesluit en contract aan het visum van de IF moet onderwerpen. De IF argumenteert dat een dgl. onbeheersbare documentenstroom geen toegevoegde waarde heeft.
    4. Dit voorstel heeft niet alleen een deregulerend effect, het kadert ook in de vraag naar responsabilisering van de departementale personeelsdiensten.
    5. Aangezien art. 11 van het KB nr. 56 verwijst naar het in art. 10 vereiste visum, en stelt dat bij gebreke daaraan de betalingsdienst een aantal kennisgevingen moet verrichten, is het evident dat ook art. 11 dient opgeheven te worden.
    6. Ter vervanging van de huidige wettelijke voorafgaande controle zullen de betrokken personeelsdiensten van de diverse administraties driemaandelijks rapporteren over de stand van zaken van de personeelsformatie, van gevaliderde PeP's en geargumenteerde wervingen (voor alle statutaire en contractuele personeelsleden).

    Concreet betekent dit dat er een nominatieve lijst zal worden opgemaakt per administratie met de naam van de personeelsleden; met dan per personeelslid de volgende specifieke gegevens:

    1) statutair of contractueel,
    2) het niveau en de weddeschaal,
    3) welk arbeidsregime,
    4) voor contractuelen de duur van het contract of vervangingscontract.

    Verder dient in deze rapportering te worden besproken: de toegestane wervingsmachtigingen + stand van uitvoering + budgettair kostenplaatje hiervan. Deze driemaandelijkse rapportering zal gebeuren aan de Ministers van Ambtenarenzaken en Begroting.

    naar boven