• toepassingsgebied: DVO
• datum van uitwerking: 1 januari 2006
• Inhoud:

Op grond van dit koninklijk besluit worden met ingang van 1 januari 2006 de mandaten toegekend in het kader van een management- of projectleidersfunctie van het N-niveau of van de functie van algemeen directeur, zoals bepaald in artikel V 2 en artikel V 9, §2 van het VPS, voor de berekening van het pensioen gelijkgesteld met een vaste benoeming.

Dit heeft voor gevolg dat de jaren in het mandaat (aan het salaris A311/A288) ook in aanmerking komen voor de berekening van het overheidspensioen.

Voor de herplaatste topambtenaren of de vroegere secretarissen-generaal (A411) is dit zonder voorwerp. Zij waren immers reeds benoemd in de graad van directeur-generaal/administrateur-generaal (salarisschaal A311) of secretaris-generaal (A411) en bouwden reeds pensioenrechten op in het stelsel van het overheidspensioen op grond van hun vaste benoeming in die graad.

De ambtenaren die bevorderd werden vanuit de rang A1, A2, A2A tot een functie op het N-niveau of tot algemeen directeur, zullen hun pensioenrechten nu opbouwen alsof ze vast benoemd waren in de N-functie of functie van algemeen directeur.

De extern aangeworven N-functies en algemeen directeurs, die overeenkomstig artikel V 9, §1 van het VPS in dienst worden genomen met een arbeidscontract van onbepaalde duur, blijven onder de toepassing vallen van de pensioenregeling voor de privé-sector.