chat-altchatcrossloginquestion-circlesearchsmileystarthumbup-downwarning
Vlaanderen
Contacteer ons
    Terug naar overzicht Stuur een e-mail

    Stuur een e-mail naar 1700, de informatiedienst voor al uw vragen aan de overheid.
    U ontvangt een kopie van uw bericht.

    Terug naar overzicht Chat met ons
    Uw chatgesprek wordt automatisch gestart zodra er een medewerker beschikbaar is.
    Even geduld, uw positie in de wachtrij wordt bepaald.

    Analyse van het KB van 19 juni 2012 tot uitvoering van artikel 17bis van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers gecoördineerd op 28 juni 1971 (B.S. 28.06.2012)

    • Toepassingsgebied: enkel de entiteiten van de DVO die onder de privé-regeling jaarlijkse vakantie vallen - wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers gecoördineerd op 28 juni 1971 (vb. eigen vermogens, privaatrechtelijke EVA’s)
    • Inwerkingtreding: 1 april 2012
    • Inhoud:

    Tot vóór de inwerkingtreding van dit KB konden loontrekkenden die in dienst treden (begin of hervatting van activiteit) het recht op jaarlijkse vakantie slechts uitoefenen tijdens het kalenderjaar dat volgt op het jaar tijdens hetwelke de daadwerkelijke of gelijkgestelde prestaties werden uitgeoefend.

    Loontrekkenden die in dienst treden vanaf 1 april 2012 (voor het eerst beginnen werken of hervatting van de activiteit na een periode van volledige werkloosheid, lange ziekteperiode, loopbaanonderbreking of verlof zonder wedde) hebben recht op "aanvullende vakantie".

    1. Voorwaarden

    De "aanvullende vakantie" wordt toegekend onder volgende 3 voorwaarden:

    1. De werknemer heeft een activiteit in dienst van één of meerdere werkgevers aangevat of hervat (zie hierboven);
    2. De werknemer heeft een "aanloopperiode" doorlopen
      Per periode van 3 maanden activiteit gedurende het kalenderjaar bij het begin of de activiteitshervatting, kan de werknemer aanspraak maken op een week aanvullende vakantie vanaf de laatste week van de betreffende periode van 3 maanden (2 dagen per maand in een arbeidsstelsel van 6 dagen per week).
    3. De werknemer heeft zijn "gewone" wettelijke vakantiedagen opgebruikt (in functies van eventuele prestaties tijdens het vorig dienstjaar).

    2. Financiering

    De werknemer ontvangt voor deze "aanvullende" vakantie een enkel vakantiegeld dat overeenstemt met zijn normale loon. Zoals het gewone loon is dit bedrag onderworpen aan de gewone sociale zekerheidsbijdragen (13,07%) en een fiscale afhouding.

    ! In tegenstelling tot het gewone vakantiestelsel, geeft het nieuwe vakantiestelsel van aanvullende vakantie geen recht op dubbel vakantiegeld.

    Het betaalde loon voor deze "aanvullende" vakantie wordt afgetrokken van het "dubbel vakantiegeld" van het volgende jaar. 

    3. Bijkomende info

    Gedetailleerde info kan o.a. bekomen worden op de site van de sociale zekerheid.

    4. Jeugdige werknemers en +50 jarigen

    Volledigheidshalve moet worden opgemerkt dat de "vakantiewerkloosheid" voor jeugdige werknemers en 50-plussers blijft bestaan.

    4.1. Jeugdige werknemers (artikel 5 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers gecoördineerd op 28 juni 1971)

    Een jongere die:

    • Afstudeert;
    • Jonger is dan 25 jaar;
    • Ten minste één maand werkt als loontrekkende in het jaar waarin hij zijn studies heeft beëindigd

    heeft recht op jeugdvakantie als aanvulling op zijn onvolledig recht op vakantie. Voor elke jeugdvakantiedag heeft hij recht op een uitkering van 65% van het begrensd loon, tenlaste van de werkloosheid.

    4.2. 50-plussers

    In uitvoering van het generatiepact kunnen oudere werknemers aanvullende vakantie krijgen die na een periode van werkloosheid de arbeid hervatten.

    Voorwaarden:

    • Tewerkgesteld zijn in een betrekking die onder het toepassingsgebied van de vakantiewetgeving valt;
    • Op 31 december van het vakantiedienstjaar minimum 50 jaar zijn;
    • In datzelfde jaar volledig of gedeeltelijk werkloos zijn geweest en om die reden geen recht hebben op de volledige 4 weken betaalde vakantie.

    De werknemer ontvangt voor deze vakantiedagen een bruto-uitkering van 65% van het gemiddeld dagloon tijdens de maand waarin de seniorenvakantie voor het eerst wordt genomen. Deze uitkering is eveneens ten laste van de werkloosheid.

    naar boven