chat-altchatcrossloginquestion-circlesearchsmileystarthumbup-downwarning
Vlaanderen
Contacteer ons
    Terug naar overzicht Stuur een e-mail

    Stuur een e-mail naar 1700, de informatiedienst voor al uw vragen aan de overheid.
    U ontvangt een kopie van uw bericht.

    Terug naar overzicht Chat met ons
    Uw chatgesprek wordt automatisch gestart zodra er een medewerker beschikbaar is.
    Even geduld, uw positie in de wachtrij wordt bepaald.

    Analyse van het Wet van 14 december 2000 tot vaststelling van sommige aspecten van de organisatie van de arbeidstijd in openbare sector (B.S. 05.01.2001)

    • Toepassingsgebied: MVG, WI, VOI (uitgezonderd instellingen die een industriële of commerciële activiteit uitoefenen en de instellingen die geneeskundigen profylactische of hygiënische verzorging verlenen).
    • Uitwerking: 1 juli 2001 (= 1ste dag van de 6de maand na publicatie in het Belgisch Staatsblad)
    • Inhoud:

    Omzetting van de richtlijn 93/104/EEG van de Raad van 23 november 1993 betreffende sommige aspecten van de organisatie van de arbeidstijd.

    Arbeids- en rusttijden (artikel 5 t/m 9)

    1. In elk tijdvak van 24 uren heeft de werknemer tussen de beëindiging en de hervatting van de arbeid recht op ten minste 11 opeenvolgende uren rust.
      Er worden 12 gevallen opgesomd waarin van voornoemde regel kan afgeweken worden. Bovendien is bepaald dat de Koning onder de door Hem te stellen voorwaarden kan toestaan dat er wordt afgeweken in sommige bedrijfstakken of voor het uitvoeren van sommige werken.
      Behalve in bepaalde uitzonderingen (vb. opvoedings- en opvangtehuizen) mag de arbeidsduur niet meer dan 11 uur per dag bedragen.
      Behalve wanneer het gaat om werknemers met een leidende functie of autonome beslissingsbevoegdheid, worden de afwijkingen slechts toegestaan als gelijkwaardige periodes van inhaalrust worden toegekend in de loop van 14volgende dagen. Deze periode van 14 dagen kan door de Koning worden aangepast.
    2. Bij een arbeidstijd van 6 uur per dag wordt 1/2 uur rust toegekend. Er worden hierop 2 uitzonderingen voorzien.
    3. Het is verboden werknemers op zondag tewerk te stellen.
      Er worden evenwel 23 uitzonderingsgevallen voorzien. Bovendien is bepaald dat de Koning onder de door Hem te stellen voorwaarden kan toestaan dat er wordt afgeweken in sommige bedrijfstakken of voor het uitvoeren van sommige werken.
      Behalve wanneer het gaat om werknemers met een leidende functie of autonome beslissingsbevoegdheid, worden de afwijkingen slechts toegestaan als gelijkwaardige periodes van inhaalrust worden toegekend in de loop van 14volgende dagen. Deze periode van 14 dagen kan door de Koning worden aangepast.
    4. Arbeidsduur (= tijd dat de werknemer ter beschikking is van de werkgever) per week mag gemiddeld niet meer bedragen dan 38 uren. Dit moet bekeken worden over een referentieperiode van 4 maanden.
      Per week mag de arbeidsduur evenwel nooit meer dan 50 uur bedragen. Hierop zijn 3 uitzonderingsgevallen voorzien.
      Bovendien is bepaald dat de Koning onder de door Hem te stellen voorwaarden kan toestaan dat er wordt afgeweken in sommige bedrijfstakken of voor het uitvoeren van sommige werken.
      Indien de 38 uren tijdens de referentieperiode overschreden wordt, moet binnen de 4 maanden inhaalverlof worden toegekend.
    5. De werknemer heeft recht op minimum 24 werkdagen vakantie voor voltijdse prestaties. Deze periode mag niet vervangen worden door een financiële vergoeding, behalve in geval van einde van de arbeidsrelatie.
      Bijzondere bepalingen betreffende nachtarbeid (art. 10 t/m 21)
    6. Het is verboden werknemers 's nachts tewerk te stellen. Nachtarbeid is arbeid verricht tussen 20 uur en 6 uur. Er worden 3 uitzonderingsgevallen voorzien. Bovendien is bepaald dat de Koning onder de door Hem te stellen voorwaarden kan toestaan dat er wordt afgeweken in sommige bedrijfstakken of voor het uitvoeren van sommige werken.
      Voor werknemers die gewoonlijk tewerkgesteld zijn in arbeidsregelingen met prestaties tussen 20 en 6 uur zijn een aantal begeleidende maatregelen voorzien, zoals:
      • a) dagelijks werkrooster moet evenveel uren bevatten als een volledige dagelijks werkrooster met een minimum van 6 uur, en een maximum van 8 uur per periode van 24 uur. Er worden hierop ook een aantal uitzonderingen voorzien.
        Bovendien is bepaald dat de Koning onder de door Hem te stellen voorwaarden kan toestaan dat er wordt afgeweken in sommige bedrijfstakken of voor het uitvoeren van sommige werken.
        Behalve wanneer het gaat om werknemers met een leidende functie of autonome beslissingsbevoegdheid, worden de afwijkingen slechts toegestaan als gelijkwaardige periodes van inhaalrust worden toegekend in de loop van 14volgende dagen. Deze periode van 14 dagen kan door de Koning worden aangepast.
      • b) Bij de aanwerving kunnen werknemers enkel op vrijwillige basis in een arbeidsregeling met nachtprestaties tewerkgesteld worden, behalve wanneer zij door hun school- of beroepsopleiding hebben gekozen voor een beroep dat doorgaans nachtprestaties met zich meebrengt.
      • c) Een werknemer van 50 jaar, die ten minste 20 jaar in dergelijke regeling heeft gewerkt, kan om ernstige medische redenen (erkend door de arbeidsgeneesheer) vragen niet meer in deze arbeidsregeling te worden tewerkgesteld.
      • d) Vanaf 55 jaar is geen medische reden meer vereist, maar volstaat een tewerkstelling van 20 jaar in dergelijke regeling.
      • e) Een afzonderlijk deel is gewijd aan de regeling voor zwangere werkneemsters. Vanaf ten minste 3 maanden voor de vermoedelijke bevallingsdatum tot ten minste 3 maanden na de geboorte, kan zij op schriftelijk verzoek een werk krijgen in een andere arbeidsregeling.
        Op grond van een medisch attest (omwille van de gezondheid van moeder of kind) kan dit eveneens tijdens andere perioden van de zwangerschap of tot één jaar na de bevalling.
        Indien een overplaatsing naar overdag niet mogelijk is wordt de statutaire werkneemster vrijgesteld van arbeid. Bij de contractuele werkneemster wordt de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst.

    Overgangsbepalingen (artikel 23 tot 25)

    Deze wet doet geen afbreuk aan wettelijke, reglementaire of administratieve bepalingen die gunstiger zijn.

    naar boven