Evaluatiemethodiek voor budgetbeheerdossiers
Uit de thema-audit budgetbeheer blijkt dat slechts een beperkt aantal OCMW’s van lokale besturen een periodieke evaluatie van de lopende budgetbeheerdossiers uitvoeren. De dienst Welzijn (OCMW) van het lokaal bestuur Ieper heeft een concrete evaluatiemethodiek en scoring uitgewerkt om te beoordelen of een cliënt nog langer in budgetbeheer moet blijven. Deze werkwijze garandeert dat de evaluatie meer uniform wordt uitgevoerd.
De dienst Welzijn (OCMW) Ieper evalueert de cliëntendossiers aan de hand van een checklist. Voor de scoreschaal vergelijkt de checklist de (financiële) vaardigheden van een cliënt met het profiel van een doorsnee persoon van dezelfde leeftijd, die zelfstandig zonder bijkomende hulp of ondersteuning, zonder onredelijke extra inspanningen en zonder onredelijke tijdsbesteding, deze activiteiten in zijn dagelijks leven kan uitvoeren.
De checklist omvat onder andere volgende criteria:
- inzicht in de financiële situatie en het financieel gedrag;
- de mate waarin de cliënt een sociaal netwerk bezit waar hij/zij op kan terugvallen voor adviesverlening en informatieverstrekking;
- inschatting van de mentale sterkte van de cliënt;
- de mate waarin de cliënt zich zelfstandig kan verplaatsen;
- inschatting van de mate waarin de cliënt zelfstandig zijn/haar huishouden kan organiseren;
- de mate waarin een cliënt de nodige reken- en schrijfvaardigheden bezit om zijn/haar administratie te verwerken.
Indien een dossier een hoge score krijgt, zal de dienst het budgetbeheer voorlopig niet afbouwen. Bij een lage score zal tot uitstroom worden overgegaan. De verantwoordelijk maatschappelijk werker vult de checklist zelf in voor zijn/haar cliënten. De dienst Welzijn (OCMW) heeft als doel om budgetbeheerdossiers af te bouwen waarbij de financiële situatie is gestabiliseerd of waarbij er geen schuldenlast meer is.
Deze methodiek garandeert een meer uniforme aanpak van de evaluatie van de cliëntendossiers. De maatschappelijk werker beslist nog steeds autonoom over de scoring van het dossier, waardoor de uniformiteit en de onafhankelijkheid van de evaluatie nog kan toenemen indien de dienst Welzijn (OCMW) toezicht houdt op de eenduidige interpretatie van de criteria.
Een dergelijke evaluatiemethodiek kan een middel zijn voor een periodieke evaluatie van de lopende budgetbeheerdossiers op de zitting van het bijzonder comité voor de sociale dienst (BCSD). Het BCSD oordeelt voor elk budgetbeheerdossier over de voortzetting van het budgetbeheer.
Stappenplan voor implementatie
- Bepaal welke budgetbeheerdossiers (bv. alle dossiers of specifieke selectie) periodiek geëvalueerd moeten worden. Hou hierbij rekening met de visie van het bestuur op het budgetbeheer.
- Bepaal uniforme evaluatiecriteria (en een scoringsmethodiek).
- Stel een sjabloondocument op en voorzie een testperiode om de methodiek te kunnen bijsturen.
- Evalueer de methodiek periodiek en pas aan indien nodig.
Tips voor opzet in een organisatie
- Hou bij het uitwerken van een dossierevaluatie rekening met de visie op het budgetbeheer. Dit met het oog op de eventuele verderzetting van de hulpverlening. Indien nog geen duidelijk visie aanwezig is, kan de opmaak van een evaluatie-instrument een goed moment zijn om een visie uit te werken, die ook gedragen is door het politieke niveau.
- Duid een verantwoordelijke aan, die erover waakt dat de evaluatie effectief wordt uitgevoerd en dat de dossiers voldoende kritisch geëvalueerd worden (bv. diensthoofd).
Welke risico’s worden afgedekt door de implementatie van deze goede praktijk?
- Door het ontbreken van periodieke evaluaties van de lopende budgetbeheerdossiers bestaat het risico dat cliënten langer dan noodzakelijk in budgetbeheer blijven en dat de dienst Welzijn (OCMW) zijn middelen niet efficiënt inzet.
- De maatschappelijk werker heeft vaak een monopoliepositie in het budgetbeheerproces. De maatschappelijk werker schat hierbij vaak zelf in wanneer een budgetbeheerdossier kan afgebouwd worden. Zonder een periodieke (onafhankelijke) dossierevaluatie bestaat het risico dat cliënten op een ongelijke manier behandeld worden. De dienst Welzijn (OCMW) loopt hierbij ook het risico dat het mogelijke onregelmatigheden niet opmerkt of kan voorkomen
Contactpersoon
Algemeen directeur
Stefan Depraetere
+32 (0) 479 77 69 47
stefan.depraetere@ieper.be
Adjunct financieel directeur
Stef Deboutte
+32 (0) 493 706 960
stef.deboutte@ieper.be
Maatschappelijk werker
Conchita Ollevier
+32 (0) 57 451 743
conchita.ollevier@ieper.be