chat-altchatcrossloginquestion-circlesearchsmileystarthumbup-downwarning
Vlaanderen
Contacteer ons
    Terug naar overzicht Stuur een e-mail

    Stuur een e-mail naar 1700, de informatiedienst voor al uw vragen aan de overheid.
    U ontvangt een kopie van uw bericht.

    Terug naar overzicht Chat met ons
    Uw chatgesprek wordt automatisch gestart zodra er een medewerker beschikbaar is.
    Even geduld, uw positie in de wachtrij wordt bepaald.

    Meer over advies regelgeving VTC

    Richtlijnen AVG conforme regelgeving

    De Vlaamse Toezichtcommissie vermeldt hier enkele belangrijke aandachtspunten om mee te nemen bij het schrijven en beoordelen van ontwerpteksten.

    Algemeen

    Bij het opstellen van Vlaamse decreten moet rekening gehouden worden met de wetgeving die persoonsgegevens beschermt.

    Elke verwerking van persoonsgegevens moet rechtmatig zijn en daarom steunen op een rechtsgrondslag in de zin van artikel 6 AVG.

    Voor de overheden zijn in principe enkel artikel 6.1, c) en e) een mogelijke grondslag:

    c) de verwerking is noodzakelijk om te voldoen aan een wettelijke verplichting die op de verwerkingsverantwoordelijke rust;”

    e) de verwerking is noodzakelijk voor de vervulling van een taak van algemeen belang of van een taak in het kader van de uitoefening van het openbaar gezag dat aan de verwerkingsverantwoordelijke is opgedragen;”

    Uitzonderlijk kan ook een beroep gedaan worden op toestemming, maar de voorwaarden voor een geldige toestemming zijn moeilijk te vervullen in een overheidscontext.

    a) de betrokkene heeft toestemming gegeven voor de verwerking van zijn persoonsgegevens voor een of meer specifieke doeleinden;”

    Essentiële elementen

    Rekening gehouden met artikel 6.3, AVG, samen gelezen met artikel 8 EVRM en artikel 22 van de Grondwet en om onzekerheid over de rechtmatigheid van de verwerkingen te vermijden, beveelt de VTC aan dat bij voorkeur de decreten die verwerkingen in de zin van artikel 6.1, punt c) of punt e), AVG omkaderen, de volgende essentiële elementen van die verwerkingen vermelden :

    • het doel van de verwerking;
    • de types of categorieën van te verwerken persoonsgegevens; Deze gegevens moeten bovendien beperkt zijn tot wat noodzakelijk is voor de doeleinden waarvoor zij worden verwerkt („minimale gegevensverwerking” - zie artikel 5.1, c), AVG) ;
    • de categorieën betrokkenen;
    • de entiteiten waaraan en doeleinden waarvoor de persoonsgegevens mogen worden verstrekt;
    • de opslagperioden (bewaartermijnen - zie ook artikel 5.1, e), AVG);
    • de aanduiding van de verwerkingsverantwoordelijke(n) .

    Deze vermeldingen doet men omwille van de transparantievereiste best letterlijk en zo specifiek mogelijk. Dikwijls is het handig om dit in een apart hoofdstuk te doen.

    Aangezien veel bestaande decreten (bepaalde van) deze elementen nog niet bevatten, kan bij een wijziging van die decreten worden bekeken of ze meegenomen kunnen worden.

    Een opname van deze vermeldingen in uitvoeringsbesluiten is al een goede stap, maar in principe horen daar enkel de verdere preciseringen in thuis en volstaan ze niet als wettelijke basis tenzij een decreet een voldoende duidelijk kader voor verdere uitvoering heeft gecreëerd. Kijk dus ook het decreet na.

    Bepaalde verwerkingen vereisen bijkomende maatregelen (zie o.a. artikel 9 en 10, AVG).

    Rechten van de betrokkenen

    De VTC zal controleren of er in de ontwerpwetgeving geen afbreuk gedaan wordt aan de rechten die de AVG toegekend heeft aan de betrokkenen (zie hoofdstuk III, AVG).

    Overzichten adviezen

    Via onderstaande links ziet u enkele overzichten van adviezen: