Gedaan met laden. U bevindt zich op: Do no significant harm (DNSH) Acties en goede voorbeelden

Do no significant harm (DNSH)

Geen schade berokkenen aan klimaat en omgeving, en geen afbreuk doen aan de duurzaamheidsdoelstellingen van de lidstaten van de Europese Unie.

Het ‘do no significant harm’-principe van de Europese Commissie bepaalt dat activiteiten van lidstaten, of investeerders die op de Europese markt nieuwe projecten opzetten, geen significante schade mogen veroorzaken aan het leefmilieu. Dat geldt voor de volledige levenscyclus van de projecten. Dat wil zeggen vanaf het ontginnen van de grondstoffen tot en met het verwerken van restproducten op levenseinde van het project.

Het DNSH-principe vindt zijn oorsprong in de Europese ‘taxonomie regelgeving(opent in nieuw venster)’, het classificatiesysteem van methodes en technieken voor duurzame activiteiten. Het naleven van die regels moet finaal leiden tot een duurzamer Europa, zoals beschreven in de Europese Green Deal.

In de praktijk bekijkt de DNSH-toetsing zes mogelijke milieueffecten: of klimaatadaptatie verhinderd wordt, of aanpassing aan klimaatsveranderingen geholpen is, of de biodiversiteit en behoud van ecosystemen gerespecteerd wordt, of schoon water gewaarborgd blijft, of vervuiling en nieuwe uitstoot van broeikasgassen vermindert en of afvalstoffen vermeden worden en resten terugvloeien naar een circulaire economie.

De DNSH-analyse is van toepassing op meer dan één Europese steun- en financieringsmaatregel, maar kwam voor de meeste lidstaten en burgers het eerst in beeld met de steunaanvragen uit de Europese Faciliteit voor Herstel en Veerkracht en NextGenerationEU(opent in nieuw venster).

Faciliteit voor Herstel en Veerkracht (Recovery and Resilience Facility - RRF)

Met de Faciliteit voor Herstel en Veerkracht(opent in nieuw venster) wil de EU de sociale en economische gevolgen van COVID-19 en de energiecrisis aanpakken en ervoor zorgen dat de Europese economie duurzamer en veerkrachtiger is en beter bestand tegen de uitdagingen van de groene en digitale transities. In zijn herstelplan Vlaamse Veerkracht engageert Vlaanderen zich ook om ‘sociale uitgaven’ te ondersteunen.

DNSH analyse

De Commissie communiceert over de rapporteringsverwachtingen van de DNSH-toetsing per type van maatregel, meer bepaald het soort informatie en het niveau van detail dat verwacht wordt. Bij het toekennen van een subsidie, moet de aanbestedende overheid het naleven van de DNSH-verplichting contractueel bindend maken bij de uitvoering van het project.

In de praktijk betekent dit dat de Belgische overheden die voor hun beleid Europese fondsen inzetten, analyses moeten voorleggen. Dit is zo voor alle gedaantes van steun, aankopen, investeringen en soorten contracten die de deelstaat met lokale overheden, instellingen en leveranciers kunnen aangaan. De drie vaakst gebruikte technieken om het beleid concrete vorm te geven – de overheidsopdracht, de projectoproep en het dagelijkse beheer van de instellingen – vallen onder die maatregel.

Ondersteuning overheidsentiteiten

Naast de eigen kennisopbouw kan het departement DKBUZA rekenen op begeleiding en analyse door externe bronnen. De Europese Commissie stelt de lidstaten een overkoepelend adviesplatform ter beschikking (Technical Support Instrument) dat methodologische vragen over de handhaving en interpretatie van de DNSH-regels onderzoekt en documenteert. De werkzaamheden van dat advies- en begeleidingsinstrument worden voor België door het Federaal Planbureau gecoördineerd. Vlaanderen werkt daarnaast ook samen met de overige Belgische gewesten en gemeenschappen in een interfederale werkgroep rond DNSH, gecoördineerd door het Federaal Planbureau.

Meer informatie, toelichting over de werking van de DNSH toetsing en toegang tot de nationale en boven-nationale ondersteuning, kunnen worden aangevraagd op dnsh.rrf@vlaanderen.be(opent in uw e-mail applicatie).