chat-altchatcrossloginquestion-circlesearchsmileystarthumbup-downwarning
Vlaanderen
Contacteer ons
    Terug naar overzicht Stuur een e-mail

    Stuur een e-mail naar 1700, de informatiedienst voor al uw vragen aan de overheid.
    U ontvangt een kopie van uw bericht.

    Terug naar overzicht Chat met ons
    Uw chatgesprek wordt automatisch gestart zodra er een medewerker beschikbaar is.
    Even geduld, uw positie in de wachtrij wordt bepaald.

    WETGEVINGSTECHNIEK: coördinatie en codificatie en de wetgevingstechnische aspecten

    Aanwijzingen in de omzendbrief Wetgevingstechniek

    Bijkomende informatie:

    =>Verschil tussen coördinatie en codificatie

    Coördinatie en codificatie zijn technieken die de overheid toepast om bepalingen uit verschillende teksten samen te brengen en volgens een bepaald systeem te ordenen.

    Bij een coördinatie worden bestaande regelingen over hetzelfde onderwerp in één tekst samengebracht en geordend zonder dat er inhoudelijke wijzigingen worden aangebracht. Meestal worden verschillende afzonderlijke wetgevende teksten in één logisch gestructureerde tekst geïntegreerd. Soms is een wetgevende tekst door opeenvolgende wijzigingen erg onduidelijk geworden. De tekst wordt dan gecoördineerd om hem te herschikken en te vernummeren.

    Een codificatie kan niet scherp onderscheiden worden van een coördinatie, maar het heeft meestal betrekking op een ruimere aangelegenheid. Bij een codificatie kunnen de formele ingrepen meer verregaand zijn dan bij een coördinatie. Het uitgangspunt blijft echter dat ook hier geen inhoudelijke wijzigingen worden aangebracht.

    De relevantie van het voormelde uitgangspunt over de inhoudelijke wijzigingen moet echter genuanceerd worden. Een coördinatie of codificatie berust doorgaans op een uitdrukkelijke machtiging van de wetgever en wordt vaak gevolgd wordt door een bekrachtiging door de wetgever. Die maatregelen zijn niet juridisch verplicht, maar beperkte afwijkingen tussen de oorspronkelijke tekst en de coördinatie of codificatie worden er juridisch wel op afdoende wijze door gedekt.

    =>Bekrachtiging van een besluit

    Zolang een coördinatie niet bekrachtigd is door de wetgever, blijven de oorspronkelijke wetsbepalingen formeel bestaan, ook al worden toekomstige wijzigingen aangebracht in de gecoördineerde versie en niet langer in de oorspronkelijke wetsbepalingen. De coördinatie komt functioneel dus in de plaats van de oorspronkelijke teksten, maar vervangt die teksten niet formeel. 

    De wettelijke bekrachtiging van een coördinatiebesluit is niet verplicht, tenzij de machtiging een dergelijke bekrachtiging voorschrijft of de inwerkingtreding van de coördinatie ervan afhankelijk maakt. Het coördinatiebesluit vindt immers rechtsgrond in de machtigingsbepaling. 

    In veel gevallen schrijft de machtiging evenwel de bekrachtiging van het coördinatiebesluit voor, vooral om elke twijfel of betwisting uit te sluiten over de juridische geldigheid van de coördinatie. Als de verenigbaarheid van een bepaalde formele ingreep bij de coördinatie met de machtiging twijfelachtig is, kan dat worden rechtgezet bij de bekrachtiging van de coördinatie. De bekrachtiging houdt ook in dat de coördinatie formeel in de plaats komt van de oorspronkelijke regeling. Daarom moet een bekrachtiging ook de opheffing van de oorspronkelijke regeling inhouden.

    Het voordeel van een bekrachtiging van de coördinatie is dat een nieuwe akte van de wetgevende macht de oorspronkelijke tekst opheft en dat er een nieuwe tekst met kracht van wet in de plaats komt. Er is dan geen verschil meer met een vervanging van de oorspronkelijke tekst door een nieuwe wet.

    Als een coördinatiebesluit niet wordt bekrachtigd, blijft de oorspronkelijke tekst formeel bestaan. De coördinatie houdt in dat geval een functionele herformulering in van de oorspronkelijke tekst, waarbij de coördinatie de nieuwe basistekst wordt die verder bij wet zal worden gewijzigd. De oorspronkelijke bepalingen zijn echter niet formeel opgeheven. Dat kan complicaties opleveren. Als een bepaling ten onrechte niet is opgenomen in de coördinatie, is ze nog niet verdwenen uit de rechtsorde, aangezien een coördinatiebesluit op zich geen wetsbepalingen kan opheffen. De aanwijzing van bepalingen in de bijlage bij een coördinatiebesluit als bepalingen die niet zijn opgenomen in de coördinatie, is dus precair. Het betekent alleen dat die bepalingen naar het oordeel van de coördinerende overheid niet meer relevant zijn. Als bij de coördinatie ten onrechte een bepaling achterwege wordt gelaten, of als ten onrechte een bepaalde inhoudelijke wijziging in een gecoördineerde bepaling wordt aangebracht, kan men zich nog altijd beroepen op de oorspronkelijke bepaling, eventueel in rechte, en kan men de onwettigheid van het coördinatiebesluit aanvoeren. Als nadien wordt vastgesteld dat een coördinatiebesluit (gedeeltelijk) onwettig is of als het wordt vernietigd, ontstaat er een ingewikkelde en rechtsonzekere situatie, zeker als de coördinatie inmiddels al is gewijzigd. Wellicht wordt daarom vaak de voorkeur gegeven aan een bekrachtiging van het coördinatiebesluit.

    (Bron: J. VAN NIEUWENHOVE "Coördinaties en codificaties", TvW, 2009-4 en 2010-1)

    CONTACT

    Björn Steketee (bjorn.steketee@vlaanderen.be) (Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken) of wetgevingstechniek@vlaanderen.be